Kunnen we echt zeker zijn?
‘Kun je in dit leven helemaal zeker zijn van je eeuwige redding?’
Koningin Victoria van Engeland woonde een kerkdienst bij in de St. Paul’s Kathedraal en luisterde naar een preek, die haar erg interesseerde. Daarna vroeg ze aan haar kapelaan: ‘Kunnen we in dit leven helemaal verzekerd worden van het eeuwige heil?’ Zijn antwoord was, dat hij geen manier kende, hoe iemand hier volkomen zeker van zou kunnen worden.
Dit werd in de hofhouding bekend, en een eenvoudige dienaar van het evangelie, John Townsend, kreeg het te horen. Nadat hij de vraag van koningin Victoria en het antwoord, dat ze gekregen had, gelezen had, dacht hij over de zaak na en bad er veel om; toen zond hij het volgende korte bericht naar de koningin:
John Townsends brief
‘Aan Uwe Majesteit, onze geliefde koningin Victoria, van één van uw eenvoudige onderdanen:
Met bevende hand, maar hartelijke liefde, en omdat ik weet, dat wij nu al zeker kunnen zijn van ons eeuwig leven in de woning, die Jezus ging gereedmaken, mag ik Uwe allergenadigste Majesteit vragen, de volgende gedeelten uit de Heilige Schrift te lezen: Johannes 3:16; Romeinen 10:9,10.
Deze gedeeltes bewijzen, dat er volkomen zekerheid van redding door het geloof in onze Heere Jezus Christus is voor degenen, die geloven en Zijn volbrachte werk aannemen.
Uw dienaar om Jezus’ wil,
John Townsend.’
John Townsend was niet de enige die met betrekking tot zijn brief voor de koningin bad. Hij nam anderen in vertrouwen en veel gebed voor deze zaak steeg uit de harten van velen omhoog tot God. Na ongeveer twee weken kreeg hij een bescheiden uitziende brief met de volgende inhoud:
Het antwoord van de koningin
‘Aan John Townsend:
Uw brief heb ik gekregen en als antwoord daarop kan ik u meedelen, dat ik de daarin aangehaalde gedeeltes van de Heilige Schrift zorgvuldig en onder gebed gelezen heb. Ik geloof in het volbrachte werk van Christus, dat het ook voor mij is volbracht, en ik vertrouw er door Gods genade op, Hem te ontmoeten in de woningen, waarvan Hij zegt: ‘Ik ga heen, om een plaats voor u gereed te maken’.
(getekend) Victoria, Guelph.’
Of iemand nu een aards koning of een onopvallend, onbekend persoon is, de weg van verlossing en het eeuwige leven is dezelfde. De gedeeltes, die John Townsend de koningin liet lezen zijn de volgende:
[otw_shortcode_info_box border_type=”bordered” border_style=”bordered” shadow=”shadow-outer” rounded_corners=”rounded-10″ background_color=”#ffffff”]‘Want zo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft’ (Johannes 3:16).
‘Dit is het Woord van het geloof, dat wij prediken: Als u met uw mond de Heere Jezus belijdt en met uw hart gelooft dat God Hem uit de doden heeft opgewekt, zult u zalig worden. Want met het hart gelooft men tot gerechtigheid en met de mond belijdt men tot zaligheid’ (Romeinen 10:9,10).[/otw_shortcode_info_box]
Moet de vraag van de eeuwigheid een kwellende onzekerheid blijven, totdat het te laat is om te komen tot een verandering?
Nee, want deze en veel meer andere gedeeltes in het Woord van God verzekeren ons van Zijn belofte, dat, wie in eenvoudig geloof Zijn Zoon als Heiland aanneemt, heden eeuwig leven heeft. Redding door het geloof in Christus is een tegenwoordig bezit – niet alleen een toekomstig – voor al degenen, die geloven.
Zo zegt de Heere: ‘Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Wie Mijn woord hoort en Hem gelooft Die Mij gezonden heeft, die heeft eeuwig leven en komt niet in de verdoemenis, maar is uit de dood overgegaan in het leven’ (Johannes 5:24).