Dal van Hinnom
Dit dal wordt vaak ‘het dal van de zoon van Hinnom’ genoemd (Ben-Hinnom), maar wie Hinnom en zijn zoon waren, is niet bekend (Joz. 15:8; 18:16; Neh. 11:30). Het dal dat ten zuiden van Jeruzalem van oost naar west loopt draagt nu deze naam. In een gedeelte ervan, waarschijnlijk het oostelijk deel, liet men kinderen door het vuur gaan voor afgoden (Jer. 7:31,32; 32:35). Om dit te voorkomen verontreinigde Jozua Tofet in dit dal (2 Kon. 23:10; 2 Kron. 28:3; 33:6).
De profeet Jesaja geeft aan waarom het in het Nieuwe Testament (onder de naam Gehenna) geassocieerd wordt met eeuwige straf: ‘Want de verbrandingsplaats [Tofet] is al eerder gereedgemaakt, ook voor de koning is hij in gereedheid gebracht. Hij heeft hem diep gemaakt en wijd. Voor zijn brandstapel is er vuur en hout in overvloed. De adem van de HEERE zal hem aansteken als een zwavelstroom (Jes. 30:33). Zie Hel. In Gods oordelen zal het dal ‘Moorddal’ genoemd worden (Jer. 19:2-14).
Uit: G. Morrish, Concise Bible Dictionnary