Lied 22
1 O, hoe onuitspreek’lijk heerlijk
zal het in de hemel zijn.
Wat toch is er meer begeerlijk,
dan bij U, o Heer, te zijn?
2 Vrij van zonde, vrij van lijden,
zien we U daar in majesteit;
eeuwig zullen we ons verblijden,
delen in uw heerlijkheid.
3 Ja, daarboven, ja, daarboven,
zal ons aller oog U zien,
zal ons hart U eeuwig loven,
zal de bruid U hulde bien.